zaterdag 12 december 2020

Dag 276. Perpetuum mobile

Ik droomde vannacht over Lewis Hamilton. Hij doodde een hele grote spin voor me in de badkamer. Daarna hadden we verkering. 'Ranzig', vond S. 

'Oh, daar staat de motor', zei mijn buurvrouw toen ze het pakje kwam ophalen dat eerder die dag bij mij was bezorgd. 'Ach, ruimte genoeg', zei ik, 'en ik zie toch niemand.' Een motor in de gang en boven speelt de dochter viool, dat vond de buurvrouw wel grappig.

'Hoi Sander', zei ik tegen de boodschappenjongen, want dat had in de app gestaan, Sander zou komen. 'Heeft u nog retouren?', vroeg hij. 'Nee, hoor', zei ik.

'Zei je nou weer dat je niks had', vroeg het vioolmeisje. 'Je hebt een gangkast vol met plastic zakken die terug moeten.'
'Ik vergeet het steeds', zei ik.
'Zit er nog wat lekkers bij', vroeg ze, en dook in de nieuwe lading tassen.

Die avond kijk ik naar een oude film met nieuwe ogen. Het gaat over ontrouw en onnozelheid. Dan doe ik de kerstboom uit, sluit af en ga naar boven.

Dit zijn mijn dagen. Een perpetuum mobile van steeds dezelfde handelingen, met als hoogtepunt een nieuwe geur wasverzachter, een andere bezorger, een oude herinnering of een opwindende droom. Morgen de laatste race van het seizoen.
   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten