dinsdag 7 april 2020

Dag 25. Het schoolexamen-2

Ik sta te wachten voor mijn oude school. In mijn tijd een drugshol, nu een witte kakschool. Op de bárgh. Mijn dochter heeft vandaag haar schoolexamen Nederlands, een beschouwing. Omdat ze niet nodeloos door school mag lopen, wachten we nog even in de auto. 
"Wie is dat", vraag ik. Een kalend type komt aanlopen, geïrriteerde  leraarsblik. "De technisch assistent van schei- en natuurkunde", zegt ze. 
"Oh, de amanuensis", zeg ik. 
"De wat?" 
"De amanuensis!" 
Ik geef een preekje dat er nu omslachtige beschrijvingen worden gebruikt waar we vroeger één woord voor hadden, zo bang is men om moeilijke woorden te gebruiken in dode talen. Ik hoor de nagalm van mijn vaders woorden in mijn hoofd. "Nou, ik ga", zegt mijn dochter. Een kus, een elektrisch schokje als onze lippen elkaar raken. "Gooise kus", roepen we beiden en blazen luchtkusjes langs elkaars wangen.

Ik blijf wachten. Ik heb 2 boeken bij me, een reisverslag van Michael Palin en een novelle van mijn vader, plus een puzzelboekje, maar ik zit hoofdzakelijk op mijn telefoon mijn tijd te verdoen. Honderd hele minuten lang, met mogelijk de verlenging waar mijn dochter gebruik van mag maken, het gaat even duren. Inmiddels druppelen er wat 6e klassers naar buiten. Ik herken er een aantal. Het is voornamelijk blank en blond met lang haar, spijkerbroek, gympen. Designersgympen, dat wel, met lullige Nikes maak je hier geen indruk. Ze houden keurig afstand van elkaar. Zelfs als een blonde, lange jongen een sigaret bietst van een klasgenoot worden er armen zo ver uitgerekt dat de afstand correct blijft. Als ze weg zijn komt er een jongen aanrijden die ik eerder ook op alternatieve tijden heb gezien, net als mijn dochter. Wat zal híj hebben, denk ik. Na nog een half uur komt S eraan. "Zit ik daar in het lokaal, komt er een lerares binnen om iets uit te leggen. What the fuck, denk ik, wat doe jij hier, jij hebt net corona gehad!", ze ploft neer. "Maar verder ging t wel goed. Geloof ik."

Geen opmerkingen:

Een reactie posten