donderdag 13 augustus 2020

Dag 153. De grote hitte

Het land is in de greep van de grote hitte. Iedereen zucht en hijgt en puft en klaagt. Want reken maar dat we daar goed in zijn, wij Nederlanders. Maar ik weet nog goed hoe warm het vorig jaar op 25 juli was. 40 graden maar liefst. Met die temperatuur viel er pas echt wat te lijden, vooral als je zoals S en ik, op een shoppingtrip bent in de binnenstad van Maastricht. We liepen zoveel mogelijk van airco naar airco en in de meters ertussen wapperden we druk met onze Chinese waaiers. 's Avonds aten we in stampvolle, benauwde restaurants, de winkels waren overvol en op de terrassen was geen plek. 

Ziehier het voordeel van "the summer of 2020". Ik zal het niet hardop zeggen, anders word ik gefileerd als ware ik Doutze Kroes (maar dan zonder de looks, het geld en de roem) en het laatste dat ik wil is corona bagatelliseren, maar sommigen vinden wat extra ruimte best fijn. Wilders onder anderen, maar dan om een heel andere reden dan ik en waar hij "minder Marokkanen" riep, hef ik met enige regelmaat een spreekkoor aan met "minder mensen!"

Nu vermijd ik deze dagen het buitenleven. Ik kan dat. Ik werk thuis, heb overal ventilatoren staan, klein en groot, houd ramen en gordijnen dicht en ik was al van alle gemakken voorzien vanwege de coronacrisis. Voor mij is het allemaal goed te doen. Erger is het voor diegenen die met dit weer op de vuilniswagen staan of af en aan sjouwen in de horeca, dat realiseer ik me maar al te goed. Maar het is ook een kwestie van aanpassen. Je levensritme veranderen waar dat kan. Vroeger opstaan, een middagslaapje, later eten, langzamer lopen, minder druk druk en meer mañana, maar vooral: berusten, want deze perioden van grote hitte gaan niet meer weg. En zoals mijn dochter zegt: 'daar hebben jullie (priemend vingertje - red.), de egoïstische generatie, zelf voor gezorgd.'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten