dinsdag 16 februari 2021

Dag 342. Handhaving

Om 15 uur 42 besluit ik een ommetje te maken. De sneeuw is weg, het oude vertrouwde grijs is terug en de handschoenen hoeven niet mee. Ik stop twee telefoons in mijn zak, mijn huissleutel, en een mondkapje voor je weet maar nooit. Ongemotiveerd en met slappe tred loop ik door een grotendeels verlaten winkelcentrum, langs lege terrassen, borden met click en collect aankondigingen en een boekwinkel die zogenaamd alleen open is voor postzaken en bestellingen. In de supermarkt is het druk en ook de bloemist redt zich goed. Ik neem de Dorpsweg terug. In de verte zie ik een bekend gezicht. Ik recht verheugd mijn rug, wat heb ik haar lang niet gezien! We lachen elkaar tegemoet en als we elkaar op 5 meter afstand zijn genaderd, roept ze: 'je bent het, je bent het echt.'

'Ik ben het echt', zeg ik, en even voel ik me alsof ik een wereldreis van een jaar heb gemaakt en pas nu weer ben teruggekeerd in het slaperige dorpje L.

Terwijl mijn ommetjes-app rustig de vermeende meters doortikt, praten we vrolijk een heel jaar bij in dik 30 minuten. We kennen elkaar van Vluchtelingenwerk, van de parochie en van voor corona. Dan stopt er een bus van de gemeente. 'Handhaving', staat erop. 'We houden afstand, hoor', zegt B en dan herkent ze hem, een oud-vluchteling. 'Werk je nu hier', vraagt ze. Hij was teruggegaan toen Saddam Hussein dood was, vertelt hij. Hier had hij niks en daar alles, zijn familie, zijn vrienden. En toen kwam IS. En dat was nog veel erger dan Saddam. Even schetst hij kort hoe het dagelijks leven daar was, de moorden, de aanslagen, de vermissingen. B en ik kijken elkaar aan. Geen onbekende verhalen, maar toch.
'En dan zeuren wij over een avondklok', zeg ik. Als in 'wij Nederlanders', want B en ik piekeren er niet over om daar over te klagen in dit suffe, zeurderige, maar veilige land, waar je over straat kan zonder kans te lopen dat er een autobom naast je ontploft.

'Alles is natuurlijk betrekkelijk', zeg ik.
'Ja, L is geen E', zegt B .
'Of A' ,zeg ik.
'Eigenlijk zou iedereen een jaartje in I moeten wonen', zegt B.
'Of in het UMC moeten werken', zeg ik.

Thuis kijk ik verbijsterd naar het journaal. 'Het volk heeft zijn vrijheid terug', roept Willem E.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten